Waterstanden

Bij de meeste poldergemalen en bij de grotere stuwen, wordt de waterstand geregistreerd door drukopnemers. Deze zijn aangesloten op een regelcomputer (PLC) van het gemaal of stuw en die de waterstanden automatisch doorstuurt. Naast de drukopnemers worden er ook waterstanden opgenomen bij de ruim duizend peilschalen in het gebied. Medewerkers van het waterschap registreren maandelijks de gegevens van deze peilschalen. De waterstanden worden weergegeven in meters ten opzichte van het Normaal Amsterdams Peil (NAP). Bij onderhoudswerkzaamheden kunnen de waterstanden tijdelijk afwijken.

Pompbedrijven

Gemalen hebben 1 tot maximaal 4 pompen. Als er niet veel water afgevoerd hoeft te worden, staan er pompen stil of draaien ze om de beurt. Als er veel water afgevoerd moet worden, kan het zijn dat alle pompen gelijktijdig draaien. De afvoercapaciteit wordt bepaald door de grootte van de pompen, maar ook door de snelheid waarmee ze draaien en of ze veel hoogte moeten overbruggen. Bij de pompen wordt geregistreerd of ze aan of uit staan (pompbedrijven). Een 0 betekent uit en een 1 betekent aan. Deze waarden worden door de PLC van het gemaal geregistreerd.

Getij

Aan de Zeeuwse kust komt het regelmatig voor dat het water uit de polder wordt weggepompt naar een buitendijks water waar we te maken hebben met de getijden eb en vloed. Het getij is ook van invloed op de inzet van de pompen van het gemaal. Zo kan een gemaal meer water verpompen als het eb is (laag water). Soms is de hulp van pompen helemaal niet nodig en kan er zelfs water onder vrij verval worden geloosd.

Energie besparen

Om het elektriciteitsgebruik terug te dringen worden gemalen steeds vaker uitgerust met een slimme regeling. Dit houdt in dat er wordt gekeken naar de hoeveelheid berging die nog in polder aanwezig is en de te verwachten neerslag. Als de omstandigheden het toelaten, wordt er in zo’n geval voor gekozen het wegpompen van het water nog even uit te stellen tot het eb is. Dat bespaart energie.

EC-waarden

In enkele delen van Zeeland wordt het zoutgehalte van water gemeten: Electric Conductivity (EC-waarde). Dit werkt als volgt. De meetsensor stuurt een kleine hoeveelheid stroom door het water. Hoe zouter het water, hoe minder weerstand. De gemeten waarde (van de weerstand) is de geleidbaarheid of kortweg de EC. De eenheid is milli Siemens per centimeter (mS/cm). Sommige metingen worden continu uitgevoerd en leveren ieder kwartier een EC-waarde. Andere metingen worden (twee)wekelijks handmatig uitgevoerd. 

Betrouwbaarheid

Hoe nauwkeurig metingen ook worden uitgevoerd, eventueel onjuiste informatie kunnen we niet geheel voorkomen. Per jaar komen er zo’n half miljard getallen onze database binnen. Dat zijn er teveel om stuk voor stuk te controleren of ze goed zijn. Die controle is daarom grotendeels geautomatiseerd (automatische validatie). Met validatietoetsen proberen we fouten er zo veel mogelijk uit te filteren. Daarnaast blijft controle van een medewerker van het waterschap noodzakelijk. Ondanks deze extra controles, kan het zijn dat gegevens onjuist zijn, houd hier rekening mee bij het gebruik!